Mijn betovergrootvader Jacobus Cornelis Livingston trouwde met Johanna Wilhelmina van Eck, en kreeg met haar vier kinderen, onder wie mijn overgrootmoeder. Maar in Nederlands-Indië had hij nóg twee kinderen. De kwartierstaat biedt weinig informatie over hen, dus ging ik op zoek.
Jacobus Cornelis LivingstonMijn betovergrootvader Jacobus Cornelis Livingston (1811-1859) was kapitein van het leger in Nederlands-Indië. In 1849 ging hij uit dienst, en een jaar later keerde hij terug naar Nederland. Daar trouwde hij in 1851 met zijn nicht Johanna Wilhelmina van Eck (1834-1916). Zij kregen vier kinderen: Cornelia Johanna (mijn overgrootmoeder), Agatha Jacoba, Elisabeth Wilhelmina en Alexander James. Alexander kreeg vier zonen, van wie er twee trouwden. Zij kregen allebei één dochter. ‘Deze lijn zet zich dus niet voort’, aldus de kwartierstaat.
Jacobina Francisca
Deze lijn niet, maar de kwartierstaat onthult dat Jacobus uit twee eerdere relaties in Nederlands-Indië nóg twee kinderen had. Met Maria Geertruida Albregt kreeg hij Jacobina Francisca, die in 1842 geboren werd in Salatiga. Zij ging in 1850 met haar vader mee naar Nederland, ‘en maakte bij zijn dood nog deel uit van het gezin, maar daarna verdwijnt ze spoorloos’, volgens de kwartierstaat. Die werd veertig jaar geleden gemaakt, en dankzij de voortschrijdende digitalisering van de archieven komt er ook steeds meer boven water. Ook de spoorloos verdwenen Jacoba.
Inderdaad maakte Jacobina volgens het stadsarchief van Breda nog deel uit van het gezin toen Johanna Wilhelmina van Eck in april 1860, zeven maanden na de dood van haar man, van de Nieuwstraat 215 in Breda naar Zoeterwoude vertrok met haar kinderen: de zevenjarige Johanna Cornelia, de vijfjarige Agatha Jacoba, Elisabeth Wilhelmina van drie, de eenjarige Alexander James, en dus Jacobina, die zeventien was.
Een verder spoor vind ik in het Utrechtse archief, waar haar naam verhaspeld is tot ‘Jawba Levingstone’. Zij overleed in april 1898, 55 jaar oud en ongehuwd, in het Diakonessenhuis aan de Achter Twijnstraat 32 (tegenwoordig de Oude Gracht) in Utrecht.
In het archief van het Diakonessenhuis zit een legaat van Jacobina. Helaas niet online in te zien. Er staat wel een veelzeggende aantekening bij: ‘Het Diakonessenhuis werd niet gelegateerd!’
Jacobina’s moeder, Maria Geertruida Albregt, vind ik helemaal nergens terug. Tot ik op de website ‘Roosje Roos’ kijk, die een deel van de burgerlijke stand van Nederlands-Indië ontsloten heeft, waaronder de Regeringsalmanakken. Ik vind een Maria ‘Gertrijda’ Albregt. Zij overleed in augustus 1847 in Semarang, en zou weleens de moeder van Jacobina kunnen zijn. Dat zou verklaren waarom Jacobina in 1850 met haar vader mee terugging naar Nederland.
Johannes Jacobus Alexander
Het andere kind van Jacobus Cornelis, Johannes Jacobus Alexander, werd geboren in Samarang in 1849. (Hij overleed in ?) Toen zijn vader naar Nederland vertrok, was hij een baby van acht maanden. Hij bleef bij zijn moeder, Elisabeth Margérite Désiré. Ik vond na lang zoeken haar overlijdensdatum via de ‘Naamlijst der Europeesche inwoners van Nederlandsch-Indië 1877’ (via de Staatsbibliothek Berlin). ‘Elisabeth Margeriette Désirè’ overleed op 22 december 1876 in Salatiga.
Johannes Jacobus Alexander ging in 1866 voor zes jaar vrijwillig in dienst bij het derde bataljon der infanterie in Samarang. In 1872 stopte hij. Hij was korporaal en kreeg een certificaat van goed gedrag. In het ‘Oost-Indisch boek, onderofficieren en minderen, 1832-1849’, vind ik een omschrijving van zijn uiterlijk. Een lang aangezicht met een hoog voorhoofd, grijze ogen, dikke neus, kleine mond, ronde kin, bruin haar, bruine wenkbrauwen. Hij was 1 meter 69.
Volgens de kwartierstaat had Johannes ‘een talrijk nageslacht rond de eeuwwisseling te Ngawi (op Java, bij Madioen). Hier leeft de naam Livingston dus mogelijk nog voort’.
De naam leefde daar zeker voort. Dankzij het CBG en de eerder genoemde website ‘Roosje Roos’, vond ik een heel rijtje (mogelijke) nazaten van Johannes.
Hermine Livingston
Dochter Hermine Livingston (1889-1975), vond ik bij het CBG via de ‘Oostindische bronnen’, bij de paspoortaanvragen. Met een foto! Hermine werd geboren op 19 februari 1889 in Surakarta. Zij trouwde in 1916 met de Nederlander Karl Albrecht Wilhelm Burchartz (1885-1947). Hij werd geboren in Ngawi en had een melkhouderij met de naam ‘Burchartz’ in Krikilan.
Volgens de gegevens op Hermine’s paspoortaanvraag was haar vader Johannes erfpachter van perceel ‘Sekaralas’ in Ngawi, en was hij op dat moment (jaren vijftig van de vorige eeuw) al overleden. Van haar moeder staat alleen een naam vermeld: ‘Sanie’. Zij had de Indonesische nationaliteit, en was ook al dood.
Hermine was sinds 1947 weduwe. Zij vertrok op 12 juni 1955 met de ‘Zuiderkruis’ naar de Marnixstraat 18 in Leiden. In 1975 overleed zij, 86 jaar oud. Zij ligt begraven in Den Helder.
Johannes Cornelis Livingston
Zoon Johannes Cornelis Livingston werd geboren in Ngawi in1893, en was cultuuremployé. Hij overleed op 8 januari 1935 in Krikilan. Zijn vrouw, ‘vrouwe Gramdang’, werd geboren in Djoeja in ‘ongeveer 1900’.
Deze gegevens vind ik via de paspoortaanvraag van hun zoon, Albert Livingston (1922-1975), employé bij een gasbedrijf in Surabaia, die getrouwd was met Olga Martens (1931-2003). Zij liggen begraven in Amersfoort.
Ik vind bij de paspoortaanvragen ook een dochter van Johannes Cornelis, Annie Livingston. Zij werd in 1924 geboren en trouwde met Eugène Paap, inspecteur der politie. Het echtpaar ligt, net als Annie’s tante Hermine, begraven in Den Helder. Hij overleed in 1988, zij in 2003.
De paspoortaanvraag van Johan Max Livingston (geboren in 1928) is niet openbaar. Gezien de naam ‘Johan’ is de kans groot dat hij ook een zoon was van Johannes Cornelis Livingston.
Talrijk nageslacht
Even terug naar hun opa, de halfbroer van mijn overgrootmoeder, Johannes Jacobus Alexander Livingston, en zijn ‘talrijke nageslacht’. We hebben Hermine en Johannes Cornelis al. Via ‘Roosje Roos’ vind ik nog Pauline (1891-1914) en Piet George (1895-?). Zij zijn erkend in Ngawi, dus ik denk dat hij hun vader is.
Elise Margaretha werd geboren op 29 december 1880 in Madioen, trouwde in 1897 met Louis Persijn (1865-1943), en overleed in 1924. Gezien haar namen zou zij heel goed een kind van Johannes Jacobus kunnen zijn, want zijn moeder heette ‘Elisabeth Margérite’.
En dan zijn er nog twee twijfelgevallen:
Inderdaad maakte Jacobina volgens het stadsarchief van Breda nog deel uit van het gezin toen Johanna Wilhelmina van Eck in april 1860, zeven maanden na de dood van haar man, van de Nieuwstraat 215 in Breda naar Zoeterwoude vertrok met haar kinderen: de zevenjarige Johanna Cornelia, de vijfjarige Agatha Jacoba, Elisabeth Wilhelmina van drie, de eenjarige Alexander James, en dus Jacobina, die zeventien was.
Een verder spoor vind ik in het Utrechtse archief, waar haar naam verhaspeld is tot ‘Jawba Levingstone’. Zij overleed in april 1898, 55 jaar oud en ongehuwd, in het Diakonessenhuis aan de Achter Twijnstraat 32 (tegenwoordig de Oude Gracht) in Utrecht.
In het archief van het Diakonessenhuis zit een legaat van Jacobina. Helaas niet online in te zien. Er staat wel een veelzeggende aantekening bij: ‘Het Diakonessenhuis werd niet gelegateerd!’
Jacobina’s moeder, Maria Geertruida Albregt, vind ik helemaal nergens terug. Tot ik op de website ‘Roosje Roos’ kijk, die een deel van de burgerlijke stand van Nederlands-Indië ontsloten heeft, waaronder de Regeringsalmanakken. Ik vind een Maria ‘Gertrijda’ Albregt. Zij overleed in augustus 1847 in Semarang, en zou weleens de moeder van Jacobina kunnen zijn. Dat zou verklaren waarom Jacobina in 1850 met haar vader mee terugging naar Nederland.
Johannes Jacobus Alexander
Het andere kind van Jacobus Cornelis, Johannes Jacobus Alexander, werd geboren in Samarang in 1849. (Hij overleed in ?) Toen zijn vader naar Nederland vertrok, was hij een baby van acht maanden. Hij bleef bij zijn moeder, Elisabeth Margérite Désiré. Ik vond na lang zoeken haar overlijdensdatum via de ‘Naamlijst der Europeesche inwoners van Nederlandsch-Indië 1877’ (via de Staatsbibliothek Berlin). ‘Elisabeth Margeriette Désirè’ overleed op 22 december 1876 in Salatiga.
Johannes Jacobus Alexander ging in 1866 voor zes jaar vrijwillig in dienst bij het derde bataljon der infanterie in Samarang. In 1872 stopte hij. Hij was korporaal en kreeg een certificaat van goed gedrag. In het ‘Oost-Indisch boek, onderofficieren en minderen, 1832-1849’, vind ik een omschrijving van zijn uiterlijk. Een lang aangezicht met een hoog voorhoofd, grijze ogen, dikke neus, kleine mond, ronde kin, bruin haar, bruine wenkbrauwen. Hij was 1 meter 69.
Volgens de kwartierstaat had Johannes ‘een talrijk nageslacht rond de eeuwwisseling te Ngawi (op Java, bij Madioen). Hier leeft de naam Livingston dus mogelijk nog voort’.
De naam leefde daar zeker voort. Dankzij het CBG en de eerder genoemde website ‘Roosje Roos’, vond ik een heel rijtje (mogelijke) nazaten van Johannes.
Hermine Livingston
Dochter Hermine Livingston (1889-1975), vond ik bij het CBG via de ‘Oostindische bronnen’, bij de paspoortaanvragen. Met een foto! Hermine werd geboren op 19 februari 1889 in Surakarta. Zij trouwde in 1916 met de Nederlander Karl Albrecht Wilhelm Burchartz (1885-1947). Hij werd geboren in Ngawi en had een melkhouderij met de naam ‘Burchartz’ in Krikilan.
Volgens de gegevens op Hermine’s paspoortaanvraag was haar vader Johannes erfpachter van perceel ‘Sekaralas’ in Ngawi, en was hij op dat moment (jaren vijftig van de vorige eeuw) al overleden. Van haar moeder staat alleen een naam vermeld: ‘Sanie’. Zij had de Indonesische nationaliteit, en was ook al dood.
Hermine was sinds 1947 weduwe. Zij vertrok op 12 juni 1955 met de ‘Zuiderkruis’ naar de Marnixstraat 18 in Leiden. In 1975 overleed zij, 86 jaar oud. Zij ligt begraven in Den Helder.
Johannes Cornelis Livingston
Zoon Johannes Cornelis Livingston werd geboren in Ngawi in1893, en was cultuuremployé. Hij overleed op 8 januari 1935 in Krikilan. Zijn vrouw, ‘vrouwe Gramdang’, werd geboren in Djoeja in ‘ongeveer 1900’.
Deze gegevens vind ik via de paspoortaanvraag van hun zoon, Albert Livingston (1922-1975), employé bij een gasbedrijf in Surabaia, die getrouwd was met Olga Martens (1931-2003). Zij liggen begraven in Amersfoort.
Ik vind bij de paspoortaanvragen ook een dochter van Johannes Cornelis, Annie Livingston. Zij werd in 1924 geboren en trouwde met Eugène Paap, inspecteur der politie. Het echtpaar ligt, net als Annie’s tante Hermine, begraven in Den Helder. Hij overleed in 1988, zij in 2003.
De paspoortaanvraag van Johan Max Livingston (geboren in 1928) is niet openbaar. Gezien de naam ‘Johan’ is de kans groot dat hij ook een zoon was van Johannes Cornelis Livingston.
Talrijk nageslacht
Even terug naar hun opa, de halfbroer van mijn overgrootmoeder, Johannes Jacobus Alexander Livingston, en zijn ‘talrijke nageslacht’. We hebben Hermine en Johannes Cornelis al. Via ‘Roosje Roos’ vind ik nog Pauline (1891-1914) en Piet George (1895-?). Zij zijn erkend in Ngawi, dus ik denk dat hij hun vader is.
Elise Margaretha werd geboren op 29 december 1880 in Madioen, trouwde in 1897 met Louis Persijn (1865-1943), en overleed in 1924. Gezien haar namen zou zij heel goed een kind van Johannes Jacobus kunnen zijn, want zijn moeder heette ‘Elisabeth Margérite’.
En dan zijn er nog twee twijfelgevallen:
- Maria Sophie werd geboren in Schragen, Pelang in 1884, trouwde in 1922 met Gido Hoyer, en overleed in 1952.
- Henriëtte Rosalie (18..?), trouwde in 1916 met Johannes Laurens (1894-1936).
Bronnen
- Nationaal archief (voor het ‘Oost-indisch boek, onderofficieren en minderen, 1832-1849’. Hierin staan militairen die in Nederlands-Indië in dienst waren bij het Koninklijk Nederlands Indische Leger (KNIL))
- CBG Centrum voor familiegeschiedenis
- Stadsarchief Breda
- Het Utrechts archief
- Digitalisierte Sammlungen der Staatsbibliothek zu Berlin (hier te vinden: ‘Naamlijst der Europeesche inwoners van Nederlandsch-Indië’)
- Roosje Roos genealogisch onderzoeksbureau
- Kwartierstaat N.J.C. Tierie (in te zien via het CBG)
Reacties