Doorgaan naar hoofdcontent

De moord op Marietje Kessels deel V : een ongeloofwaardige dader?

Op het boek van Godelieve Kessels kwam kritiek van de katholieke kerk. Priester Antoin Bodar noemde het verhaal in 'Tros Vermist' ongeloofwaardig ; volgens hem is het een uitzondering dat de paus gezanten stuurt.

De Tilburgse kapelaan Karel Loodts vroeg zich af 'waarom de pastoor zo wordt neergesabeld'. Is het niet vreemd dat vader Kessels altijd zijn mond heeft gehouden over de moordenaar van zijn dochter? Dat hij na haar dood een groot portret van de pastoor (dat persoonlijk door hem werd afgeleverd) in zijn werkkamer heeft gehangen, dat het orkest van de muziekinstrumentenfabriek van Kessels de muziek verzorgde bij de begrafenis van de pastoor in 1910, en dat deze op tien meter van Marietje begraven is?

Godelieve Kessels schrijft hierover dat de ouders van Marietje zich schikten voor de lieve vrede, zij geloofden dat God de dader zou straffen. In dat schikken zijn ze heel ver gegaan, wat dat betreft ben ik het eens met de kritische kanttekeningen van de kapelaan. 


Heeft Ed Schilders voor zijn boek eigenlijk met Godelieve Kessels gesproken? Hij schrijft daar niks over. Hij interviewde wel een broer van Mathijs, die zei dat er thuis nooit meer over de moord gepraat was. Een zus die Schilders graag had willen interviewen omdat zij zeer begaan was met de zaak, overleed voortijdig. Wist de hele familie van het bezoek van de afgezanten, of was het een goed bewaard geheim van oudste zoon Mathijs en de ouders?

Andere theorieën

Zou toch de koster de dader kunnen zijn, en zou de pastoor hem gedekt hebben? Dat is wat de advocaat van schilder Mutsaers, Pels Rijcken, in zijn pleidooi suggereerde. Marietje was naar de kerk gekomen om de kerkorganist, haar pianoleraar, te zoeken. De koster zocht mee en lokte haar de catechismuskamer in, waar hij haar verkrachtte. Daarna nam hij haar mee terug de kerk in, hij zou haar naar huis brengen. Marietje kreunde van de pijn. Jongbloets kwam de kerk in en omdat Marietje bleef jammeren, wurgde de koster haar in paniek op het koor, vandaar de 'orgelgeluiden' die Jongbloets hoorde. De pastoor zou van de verkrachting en moord hebben geweten, en had getuigen beïnvloed. Bijvoorbeeld postbode Jongbloets, die de koster op het koor zag, maar later zei dat hij twijfelde of het de koster wel was geweest.

Pels Rijcken en Kessels noemen het koor als de meest waarschijnlijke 'plaats delict' van de moord. Ik denk dat eerlijk gezegd ook, omdat ik me afvraag of postbode Jongbloets 'orgelgeluiden' heeft kunnen horen uit een afgesloten catechismuskamer, (zie scenario van Ed Schilders in deel 2 van deze blogpostreeks), vooral het geluid 'alsof het orgel zuchtte'.

Honderd jaar na de moord onderzochten drie Tilburgse advocaten van advocatenkantoor Holla Poelman de strafzaak opnieuw. Bij een verhuizing van het kantoor hadden zij twee dossiermappen over het hoger beroep tegen schilder Mutsaers gevonden. Het dossier was niet volledig, het grootste deel was verdwenen. De advocaten kwamen tot de conclusie dat de pastoor het zeker níet had gedaan. Jammer genoeg heb ik niet kunnen vinden waarom zij dat concludeerden. Een van hen zei dat hij de pastoor van moord verdacht, maar in het dossier geen sluitend bewijs kon vinden.

Briefkaart

Zou het nog kunnen dat er een andere dader in het spel is geweest? Bijvoorbeeld de pianoleraar? 

Op vrijdag werd er een anonieme briefkaart gepost in een brievenbus op vier minuten afstand van de kerk. 'Mijnheeren, het kind is in de onmiddellijke nabijheid. Zoekt waar zij naar toe is gezonden. Niemand heeft er erg in. Wel was hij thuis.' 
Zowel het signalement van de anonieme poster als het handschrift wezen in de richting van de koster, maar het is nooit bewezen dat hij het was.

De pianoleraar van Marietje die met deze kaart verdacht werd gemaakt, getuigde dat Marietje niet bij hem op het koor was geweest, en dat hij die woensdag niet thuis was.

Kapelanen

Een andere geestelijke uit de Noordhoekkerk dan? Ten tijde van de moord waren er ook twee kapelanen, Völker en Bervkens, in de Noordhoekkerk aanwezig. Zij zaten in hun werkkamers en hadden niets gehoord. Net als pastoor zijn zij nooit uitgebreid verhoord.
Alle geestelijken van de Noordhoekkerk hadden toegang tot de kerktoren naar het verwurfsel, en hadden daar de kleren kunnen verstoppen. De koster en de schilder hadden een sleutel, een derde exemplaar hing aan het sleutelbord in de sacristie.


De hamvraag
De koster vertrok na zijn vrijlating naar Veghel, kapelaan Völker werd in 1901 pastoor in Kaatsheuvel. Kapelaan Bervkens bleef tot 1909 in Tilburg, de pastoor tot aan zijn dood in 1910. 

Terug naar de hamvraag waar deze blogpostreeks mee begon: was het de pastoor? Toen bekend was dat Marietje dood was, zei de pastoor tegen de ouders: 'Voor u is het een troost dat u een Engel in de hemel hebt gewonnen. Maar voor mij is het erger. Ik heb alles verloren. Er is geen troost voor mij'. 

Die laatste twee zinnen, ik lees erin dat de pastoor iemand in zijn directe omgeving gedekt heeft


Of zichzelf? Ik ben er niet honderd procent van overtuigd. 

Deze blogpost is gebaseerd op de volgende boeken en artikelen:

Reacties

Populaire posts van deze blog