Doorgaan naar hoofdcontent

Kinkhoest en mazelen : geen kinderachtige ziektes

In de negentiende eeuw stonden de kranten vol met overlijdensberichten van kinderen die bezweken waren aan kinkhoest of mazelen. De familie Philipse verloor in korte tijd drie kinderen.

Het Dagblad van 's Gravenhage, 1836:
'Ons teerbemind eenig dochtertje, Adriana Hendrika, is in den jeugdigen leeftijd van drie jaar en acht maanden, aan de gevolgen van kinkhoest en bijgekomen Mazelen bezweken.' 

Diezelfde middag overlijdt ook de oudste zoon, de zevenjarige Petrus Jacobus Adriaan, aan de gevolgen van kinkhoest. Enkele dagen eerder stierf het jongste zoontje, de acht maanden oude Johan Antoni.

Van het gezin Philipse blijven twee kinderen over.

Rijksvaccinatieprogramma
Eind negentiende eeuw becijferde een krant (met de bijzondere naam 'De Grondwet') dat er gemiddeld 1.661 doden per jaar te betreuren waren door die “zoogenaamd kinderachtige ziekte” mazelen. Aan kinkhoest overleden in 1905 nog 1.200 mensen (cijfers RIVM).

Leve het rijksvaccinatieprogramma, zou ik willen zeggen. Kinkhoest ('100-dagenhoest') zit daar sinds 1957 in. Minder goed nieuws is dat de kinkhoestbacterie van structuur is veranderd, de ziekte komt sinds de jaren negentig weer vaker voor. Dat is vooral gevaarlijk voor jonge baby's. Jaarlijks belanden er ongeveer 120 baby’s in het ziekenhuis, en overlijdt er 1.

Om kinderen vanaf hun geboorte te beschermen, (en niet pas als zij met 6 à 9 weken hun eerste vaccinatie krijgen), kunnen alle zwangere vrouwen vanaf eind 2019 een kinkhoestprik halen.

Zorgkosten
De Leidse arts De Jong pleitte in 1970 voor vaccinatie tegen mazelen, wat toen al vier jaar mogelijk was. Mazelen konden niet alleen gevaarlijk zijn. De zorgkosten voor de ziekte bedroegen tien miljoen (gulden) per jaar, drie keer zoveel als de kosten om één jaargang kinderen te vaccineren.

Hij rekende voor: van de 220.000 Nederlandse kinderen die jaarlijks mazelen kregen, traden er bij 40.000 complicaties op. Elfhonderd kinderen met mazelen moesten naar het ziekenhuis. Honderd van hen kregen hersenvliesontsteking, waaraan een deel (soms ernstige) restverschijnselen overhield, 23 kinderen overleden.

Zes jaar later zaten de mazelen in het rijksvaccinatieprogramma. Er komen nu nog tien à twintig gevallen van mazelen per jaar voor.

Groepsbescherming
Eind goed al goed? Wel als meer dan 95% van de bevolking zich tegen mazelen en kinkhoest zou laten vaccineren. De groepsbescherming zorgt er dan voor dat het virus zich niet verder verspreidt.
Maar de vaccinatiegraad is in Nederland al enkele jaren aan het dalen, de 95% halen we niet.

Ik denk aan de kinderen Philipse. En wat vaccinatie voor hen betekend zou kunnen hebben.

NB
Johan Antoni Philipse was politicus. Hij was getrouwd met Maria Clasina Groen van Prinsterer. Zij zouden na het rampjaar 1836 nog zeven kinderen krijgen, (helaas zouden zij er van die zeven, vier verliezen).

Bronnen:

Reacties

Populaire posts van deze blog