De oorlogsbrieven van mijn oma gaan over trage post, kou, bevroren leidingen en kanongebulder, en vooral over eten, en de moeizame pogingen om aan eten te komen.
Naar schatting zijn in de hongerwinter enkele tienduizenden mensen aan honger en/of kou bezweken, zo'n 10% van het totaal aantal Nederlandse oorlogsdoden (225.000-250.000).
'Met de voedselverdeeling wordt het nu ook moeilijk, nu er zoo ontzettend veel vluchtelingen in Ede zitten. Ik heb ruim 3 uur in de rij moeten staan voor noodkaarten en me toen nog vechtende naar binnen moeten drukken met ongeveer een gekraakte ribbenkast. We hebben deze periode geen suiker, geen jam en geen jus gekregen, vooral het ontbreken van suiker is een ramp gewoon.
Gelukkig krijg ik aardappelen en melkbonnen extra van Fietje, die bij boeren in Veenendaal zit omdat hun huis door bomschade onbewoonbaar is.'
Mof
'Aard.', mijn oma kort het woord aardappels vaak af in haar brieven: 'Aard. heb ik dus in overvloed. Daar leven we feitelijk op. We maken 28 kg in de week op en hebben maar recht op 12 kg'.
Eén van de kinderen ondernam met haar vriendinnetje een gewaagde actie om aan het felbegeerde voedingsmiddel te komen: 'Fietje en Erna ontdekten in den tuin van een huis, dat door Duitschers bewoond werd een berg aardappelen. Ze hebben die toen maar op een karretje geladen en juist toen ze er mee bezig waren kwam er een mof binnen wandelen. Ze hebben toen gevraagd of het mocht en hij vond het goed: “Das macht niks.” Zoodoende hebben we nu weer een voorraadje voor een week'.
Ook tijdens de Sinterklaasviering van 1944 vormden aardappels de rode draad: 'We hebben Dinsdag erg gezellig Sinterklaas gevierd, met veel verzen en aardappelsurprises. Het was “het” onderwerp van vele verzen'.
Fouragetochten
Gelukkig krijg ik aardappelen en melkbonnen extra van Fietje, die bij boeren in Veenendaal zit omdat hun huis door bomschade onbewoonbaar is.'
Mof
'Aard.', mijn oma kort het woord aardappels vaak af in haar brieven: 'Aard. heb ik dus in overvloed. Daar leven we feitelijk op. We maken 28 kg in de week op en hebben maar recht op 12 kg'.
Eén van de kinderen ondernam met haar vriendinnetje een gewaagde actie om aan het felbegeerde voedingsmiddel te komen: 'Fietje en Erna ontdekten in den tuin van een huis, dat door Duitschers bewoond werd een berg aardappelen. Ze hebben die toen maar op een karretje geladen en juist toen ze er mee bezig waren kwam er een mof binnen wandelen. Ze hebben toen gevraagd of het mocht en hij vond het goed: “Das macht niks.” Zoodoende hebben we nu weer een voorraadje voor een week'.
Ook tijdens de Sinterklaasviering van 1944 vormden aardappels de rode draad: 'We hebben Dinsdag erg gezellig Sinterklaas gevierd, met veel verzen en aardappelsurprises. Het was “het” onderwerp van vele verzen'.
Fouragetochten
Naast voedselbonnen en tochten langs plaatselijke boeren, waren er fouragetochten, zoals mijn oma de fietsritten noemde die de jongere garde maakte naar boeren in het noorden van het land. Zij ruilden daar van alles voor voedsel, dat zij op hun bandenloze fietsen weer naar huis brachten, waar het een zeer welkome aanvulling was op het voedselrantsoen: 'Olga bracht 2 ¼ pond spek, 2 worsten en 10 kilo aard. voor Oma mee. Ruilde voor tante Mats een stuk zeep tegen ½ mud aard., en een pakje koffiesurrogaat met bijbetaling van 4 gld. ook voor ½ mud, haalde verder 30 eieren op. Ruilde voor mij Papa’s rijbroek tegen 10 pond erwten en 10 pond tarwe en de onderbroek ook tegen ½ mud aardappels'.
Kots
Kots
Mijn familie kwam, o.a. dankzij die aardappels, de moeilijke winter door. Andere mensen hadden minder geluk, vooral degenen die in het westen van het land woonden. Neem het volgende brieffragment: 'Jonne deed een akelig verhaal van een chauffeur bij hen, die naar den Haag geweest was, daar vleesch had gegeten, misselijk was geworden en over had gegeven, waarop er onmiddellijk iemand was gekomen die het weer op had gegeten. Ik kan zooiets haast niet gelooven, stel je voor dat je zoo'n honger hebt dat je dat doet. 't Is om zelf misselijk te worden bij het idee alleen'.
Naar schatting zijn in de hongerwinter enkele tienduizenden mensen aan honger en/of kou bezweken, zo'n 10% van het totaal aantal Nederlandse oorlogsdoden (225.000-250.000).
Reacties